Een bloeiende markt
De markt voor groene obligaties is booming. En die markt zal waarschijnlijk alleen maar groter worden naarmate steeds meer bedrijven, overheden en multinationals kapitaal proberen te werven om milieuvriendelijke projecten na te streven en naarmate beleggers inzien hoe aantrekkelijk deze activa zijn. Zo wordt bijvoorbeeld meer dan 30 procent van het reddingsplan van 750 miljard euro van de Europese Unie gereserveerd voor groene projecten.1
Maar zoals bij alle nieuwe soorten beleggingen verbergen groene obligaties veel potentiële valkuilen – niet in het minst omdat veel van deze obligaties niet zo groen zijn als ze beweren te zijn.
De wereld helpen om groen te worden
Groene obligaties worden doorgaans uitgegeven om specifieke projecten te financieren die bijdragen aan een vermindering van de uitstoot van broeikasgassen, zoals infrastructuur voor hernieuwbare energie, of die landen of bedrijven helpen zich aan te passen aan de klimaatverandering, bijvoorbeeld door kustgebieden te beschermen tegen de stijging van de zeespiegel. Ze worden uitgegeven met bepalingen over de manier waarop de opbrengsten moeten worden toegewezen en ze vermelden meestal de kredietwaardigheid van de emittent.
Als zodanig maken ze deel uit van het universum van milieu-, sociale en governance-gerelateerde (ESG) beleggingen – beleggingsstrategieën die steeds populairder zijn geworden door het hoge rendement dat ze de afgelopen jaren en met name tijdens de Covid-pandemie opleverden.2 Dat is maar goed ook. Milieu- en klimaatgerelateerde beleggingen zullen de komende jaren van vitaal belang zijn.
Onverminderde klimaatverandering kan de wereldeconomie tegen 2100 zo'n 30 procent van haar potentiële bbp per hoofd van de bevolking kosten.
Volgens voorspellingen van de Universiteit van Oxford zou onverminderde klimaatverandering de wereldeconomie tegen 2100 zo'n 30 procent van haar potentiële bbp per hoofd van de bevolking kunnen kosten.3 Om de opwarming van de aarde te beperken tot 1,5 graden Celsius boven het pre-industriële niveau moet naar schatting tot 2050 jaarlijks zo'n 1,6 duizend miljard tot 3,8 duizend miljard dollar worden geïnvesteerd in beperkingsmaatregelen.4
Dat lijkt misschien onrealistisch, maar het geld is er. In 2015 bedroegen de wereldwijde subsidies voor fossiele brandstoffen bijvoorbeeld 5 duizend miljard dollar. In datzelfde jaar bedroeg de totale klimaatfinanciering slechts 481 miljard dollar.
Naarmate ESG-beleggingen belangrijker worden, winnen ook groene obligaties aan belang.